Psalm 23 (Jezus is alles wat ik nodig heb)

Psalm 23, is een psalm van koning David, geschreven ongeveer 1000 jaar voordat Jezus leefde en stierf. Het maakt deel uit van een trilogie van Psalmen (Psalm 22, 23 en 24) die Christus beschrijven als onze Verlosser, onze Herder en onze Koning. In Psalm 23 staat Jezus als herder centraal. In Psalm 23 gebruikt God de analogie van schapen en hun aard om ons te beschrijven. Schapen hebben van nature de neiging om af te dwalen en te verdwalen. Als gelovigen hebben we de neiging om hetzelfde te doen. Het is zoals Jesaja heeft gezegd: “We zijn allemaal, net als schapen, afgedwaald, ieder van ons is zijn eigen weg ingeslagen” (Jesaja 53:6). Als schapen verdwalen, lopen ze het gevaar verdwaald te raken, aangevallen te worden of zelfs zelfmoord te plegen door te verdrinken of van kliffen te vallen. Psalm 23 laat ons zien hoe Jezus, onze goede Herder, voor ons zorgt.

Lees als groep Psalm 23

Beantwoord de volgende vragen individueel. Vraag God om je te helpen de boodschap die Hij voor je heeft door Zijn Woord te begrijpen. Als je alle vragen hebt beantwoord, gaan we samen de antwoorden doornemen.

Vragen

1. Wie is de Herder in vers één? (Lees ook: Johannes 10:11-16; Hebreeën 13:20-21; 1 Petrus 5:2-4)

2. Als we schapen van de Goede Herder zijn, wat zegt dit dan over ons? (Lees ook Filippenzen 4:11-13)

3. Wat vertelt vers 2 ons over de Goede Herder en over onszelf?

4. Wat doet de Goede Herder nog meer voor ons (vers 3)?

5. Wat beschrijft vers 4 en hoe troosten de stok en de staf van de Goede Herder ons?

6. Lees Psalm 23 vers 5.

a. Wat bereidt de Goede Herder voor David en voor ons? (Lees ook Jesaja 25:6–9; Lukas 13:29–30; Openbaring 19:5-9).

b. Waar staat de olie symbool voor? (Lees ook Lucas 4:18-21; Handelingen 10:38; 1 Samuel 16:11-13; 1 Johannes 2:20)

7. Wat betekent het dat goedheid en barmhartigheid mij alle dagen van mijn leven zullen volgen?

8. Hoe weet ik dat ik voor altijd in het huis van de Heer zal wonen? (Lees ook Johannes 10:11; Johannes 3:14-17)

Vragen & Antwoorden

1. Wie is de Herder in vers één? (Lees ook: Johannes 10:11-16; Hebreeën 13:20-21; 1 Petrus 5:2-4)

Psalm 23:1 De HEERE is mijn Herder, mij ontbreekt niets.

Jezus zij: Johannes 10:11 Ik ben de goede Herder; de goede herder geeft zijn leven voor de schapen. 12 Maar de huurling en wie geen herder is, die de schapen niet tot eigendom heeft, ziet de wolf komen en laat de schapen in de steek en vlucht; en de wolf grijpt ze en drijft de schapen uiteen. 13 En de huurling vlucht, omdat hij een huurling is en zich niet om de schapen bekommert. 14 Ik ben de goede Herder en Ik ken de Mijnen en word door de Mijnen gekend, 15 zoals de Vader Mij kent en Ik de Vader ken; en Ik geef Mijn leven voor de schapen. 16 Ik heb nog andere schapen, die niet van deze schaapskooi zijn; ook die moet Ik binnenbrengen, en zij zullen Mijn stem horen en het zal worden één kudde en één Herder.

Hebreeën 13:20 De God nu van de vrede, Die de grote Herder van de schapen, onze Heere Jezus Christus, uit de doden heeft teruggebracht, op grond van het bloed van het eeuwige verbond, 21 moge u toerusten tot elk goed werk om Zijn wil te doen, en in u werken wat in Zijn ogen welbehaaglijk is, door Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen.

Petrus spreekt over de terugkomst van Jezus. Hij noemt Hem de Opperherder:

1 Petrus 5:2 Hoed de kudde van God die bij u is en houd daar toezicht op, niet gedwongen, maar vrijwillig; niet uit winstbejag, maar bereidwillig;

3 ook niet als mensen die heerschappij voeren over het erfdeel van de Heere, maar als mensen die voorbeelden voor de kudde geworden zijn.

4 En als de Opperherder verschijnt, zult u de onverwelkbare krans van de heerlijkheid verkrijgen.

Deze verzen laten duidelijk zien dat Jezus de Goede Herder is.

2. Als we schapen van de Goede Herder zijn, wat zegt dit dan over ons? (Lees ook Filippenzen 4:11-13)

Wij zijn van de Heer.

We zijn in Zijn kudde.

Alleen Hem volgen geeft voldoening. Dit betekent niet dat we niet zullen lijden aan ‘wensen’, maar dat we zoals Paulus zullen zijn – tevreden in welke staat we ons ook bevinden. Zie hieronder:

Filippenzen 4:11 Niet dat ik dit zeg vanwege gebrek, want ik heb geleerd tevreden te zijn in de omstandigheden waarin ik verkeer. 12 En ik weet wat het is vernederd te worden, ik weet ook wat het is overvloed te hebben; in elk opzicht en in alles ben ik ingewijd, zowel in verzadigd te zijn als in honger te lijden, zowel in overvloed te hebben als in gebrek te lijden. 13 Alle dingen kan ik aan door Christus, Die mij kracht geeft.

In Christus leren we dat we niet meer nodig hebben dan alleen Jezus.

3. Wat vertelt vers 2 ons over de Goede Herder en over onszelf?

Psalm 23:2. Hij doet mij neerliggen in grazige weiden, Hij leidt mij zachtjes naar stille wateren.

De Goede Herder weet wat we nodig hebben.

Dat we rust en vrede nodig hebben

Dat we bescherming nodig hebben,

Dat we een veilige plek nodig hebben om te liggen

Hij zal ons die rust en vrede geven en ons door Hem naar een plaats van vrede brengen.

Als schapen vertrouwen we op Hem en Hij brengt ons naar die rustplaats.

4. Wat doet de Goede Herder nog meer voor ons (vers 3)?

Psalm 23:3. Hij verkwikt mijn ziel, Hij leidt mij in het spoor van de gerechtigheid, omwille van Zijn Naam.

Herstelt onze harten en geest terug naar vrede, vreugde en hoop.

Herstetl onze emoties tot rust.

Als we Christus volgen, leidt dit pad naar een dieper, zuiverder, vollediger juist leven, juist denken en juist doen.

Dit is allemaal tot Zijn eer.

Onze zielen hebben herstel nodig en alleen de Goede Herder kan ons dat geven.

Als we hersteld zijn, zullen we in gerechtigheid willen leven in Zijn naam.

5. Wat beschrijft vers 4 en hoe troosten de staf en de staf van de Goede Herder ons?

Psalm 23:4. Al ging ik ook door een dal vol schaduw van de dood, ik zou geen kwaad vrezen, want U bent met mij; Uw stok en Uw staf, die vertroosten mij.

(Sommige vertalingen vermelden de dood niet in vers 4, zie aanvullende opmerkingen hieronder)

Donkere tijden en uiteindelijk de dood zullen over ons allemaal komen. Maar zelfs als de vallei donker is, kunnen we ons vertrouwen stellen op de Goede Herder. Bij Hem hebben we niets te vrezen! We kunnen weten, vertrouwen en geloven dat de Goede Herder bij ons is.

Hoe dichter we bij de Goede Herder blijven – een goede persoonlijke relatie met Hem hebben, regelmatig met Hem communiceren (bidden en lezen) hoe beter de dingen zullen zijn.

We zullen niet bang zijn voor donkere tijden en de dood. Hij zal ons hiertegen beschermen.

We zullen worden ‘gecorrigeerd’ en geleid door Zijn Woord

De stok werd gebruikt om de schapen te corrigeren en te beschermen

De staf werd gebruikt om de schapen te leiden.

6. Lees Psalm 23 vers 5.

5. U maakt voor mij de tafel gereed voor de ogen van mijn tegenstanders; U zalft mijn hoofd met olie, mijn beker vloeit over.

a. Wat bereidt de Goede Herder voor David en voor ons? (Lees ook Jesaja 25:6–9; Lukas 13:29–30; Openbaring 19:5-9).

In Psalm 23:5 zegt koning David tegen de Heer: “U bereidt een tafel voor mij in het bijzijn van mijn vijanden”, waarmee hij zijn nauwe relatie met God uitbeeldt als een geëerde dinergast van een gulle en capabele gastheer. Als een genadige gastheer voorziet de Heer in al zijn behoeften door hem te overladen met persoonlijke zorg, overvloedige goedheid, bescherming tegen zijn vijanden en eeuwige zegeningen.

David had veel tegenstanders, maar in de tegenwoordigheid van de Heer, gezeten aan Zijn tafel, vormden ze geen bedreiging omdat David gastrechten had bij de Heer. In het oude Oosten was een gastheer verplicht zijn bezoekers koste wat kost te beschermen tegen alle vijanden.

God (de Gastheer) verwelkomt Zijn gast (David) op een feest dat al voor hem op tafel is klaargemaakt en uitgespreid. Zoals het was voor David, is het voor alle gelovigen die de uitnodiging aannemen om aan de tafel van de Heer te dineren

Jesaja profeteert over de wedekomst van de Heere Jezus en de feest dat wij met hem zullen hebben.

Jesaja 25:6 De HEERE van de legermachten zal op deze berg voor alle volken een feestmaal met uitgelezen gerechten aanrichten, een feestmaal met gerijpte wijnen, met uitgelezen gerechten vol merg, met gezuiverde gerijpte wijnen. 7 En Hij zal op deze berg verslinden de sluier waarmee het gezicht van alle volken omsluierd is, en de bedekking waarmee alle naties bedekt zijn. 8 Hij zal de dood voor altijd verslinden, de Heere HEERE zal de tranen van alle gezichten afwissen en de smaad van Zijn volk wegnemen van heel de aarde, want de HEERE heeft gesproken. 9 Op die dag zal men zeggen: Zie, Dit is onze God;

wij hebben Hem verwacht, en Hij zal ons verlossen. Dit is de HEERE, wij hebben Hem verwacht, wij zullen ons verheugen en verblijden in Zijn heil.

Jesus sprak over Zijn terugkomst en een feest in Zijn koninkrijk.

Lukas 13:29 En daar zullen er komen van oost en west, van noord en zuid, en zij zullen aan tafel gaan in het Koninkrijk van God. 30 En zie, er zijn laatsten die de eersten zullen zijn en er zijn eersten die de laatsten zullen zijn.

Johannes profeteert over een bruiloftsfeest met Jezus als Hij Koning wordt.

Openbaring 19:6 En ik hoorde zoiets als een geluid van een grote menigte en als een gedruis van vele wateren en een geluid als van zware donderslagen: Halleluja, want de Heere, de almachtige God, is Koning geworden. 7 Laten wij blij zijn en ons verheugen en Hem de heerlijkheid geven, want de bruiloft van het Lam is gekomen en Zijn vrouw heeft zich gereedgemaakt. 8 En het is haar gegeven zich met smetteloos en blinkend fijn linnen te kleden, want dit fijne linnen zijn de gerechtigheden van de heiligen. 9 En hij zei tegen mij: Schrijf: Zalig zijn zij die geroepen zijn tot het avondmaal van de bruiloft van het Lam. En hij zei tegen mij: Dit zijn de waarachtige woorden van God.

b. Waar staat de olie symbool voor? (Lees ook Lucas 4:18-21; Handelingen 10:38; 1 Samuel 16:11-13; 1 Johannes 2:20)

Olie is een teken van de goedkeuring, zalving en kracht van de Heilige Geest:

In Lucas 4:18, Jezus leest voor uit Jesaja 61:1. In vers 21 legt Hij uit dat dit over Hem gaat.

Lucas 4:18: “De Geest van de Heer is op mij, omdat hij mij heeft gezalfd om goed nieuws aan de armen te verkondigen. Hij heeft mij gezonden om de gevangenen de vrijheid te verkondigen en de blinden het zicht te herstellen, om de onderdrukten te bevrijden”

Lucas 4:21 Hij begon tegen hen te zeggen: Heden is deze Schrift in uw oren in vervulling gegaan.

Petrus sprak over de zalving van Jezus met de Heilige Geest in Handelingen 10:38

Handelingen 10:38 hoe God Jezus van Nazareth gezalfd heeft met de Heilige Geest en met kracht en hoe Hij het land doorgegaan is, terwijl Hij goeddeed en allen die door de duivel overweldigd waren, genas, want God was met Hem.

Bijbelse taferelen van Israëls koningen en priesters die met olie worden gezalfd, zijn afbeeldingen van Gods keuze en zegen. Het Nieuwe Testament gebruikt de zalving met olie als een beeld van de zegen van de Heilige Geest op alle gelovigen: “Jullie hebben een zalving van de Heilige, en jullie kennen allemaal de waarheid”

1 Samuël 16:11-13: De zalving van David

11 Toen zei Samuel tegen Isaï: Zijn dit al de jongens? En hij zei: De jongste is nog achtergebleven; zie, hij weidt de schapen. Samuel zei tegen Isaï: Stuur een bode en laat hem halen, want wij zullen niet rond de tafel gaan zitten, totdat hij hier gekomen is. 12 Toen stuurde hij een bode en bracht hem. Hij was rossig, had mooie ogen en was knap om te zien. De HEERE zei: Sta op, zalf hem, want deze is het. 13 Toen nam Samuel de oliehoorn en zalfde hem te midden van zijn broers. En de Geest van de HEERE werd vaardig over David vanaf die dag en voortaan. Daarna stond Samuel op en ging naar Rama.

Wij hebben ook de zalving van de Heilige Geest ontvangen: 1 Johannes 2:20.

1 Johannes 2:18 Kinderen, het is het laatste uur; en zoals u gehoord hebt dat de antichrist eraan komt, zijn er ook nu al veel antichristen gekomen, waaruit wij weten dat het het laatste uur is. 19 Zij zijn uit ons midden weggegaan, maar zij waren niet uit ons; want als zij uit ons geweest waren, dan zouden zij bij ons gebleven zijn. Maar het moest openbaar worden dat zij niet allen uit ons zijn. 20 Maar u hebt de zalving van de Heilige en u weet alles.

Psalm 23:5b U zalft mijn hoofd met olie, mijn beker vloeit over.

Overstromend: De Heilige Geest is ons gegeven. Dit zal voor anderen zichtbaar zijn als de gaven van de Heilige Geest zichtbaar worden in ons leven. We zullen beelden van Christus zijn door de vruchten van de Geest (Lees Galaten 5:22-23)

Galaten 5: 22 De vrucht van de Geest is echter: liefde, blijdschap, vrede, geduld, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.

23 Daartegen richt de wet zich niet.

7. Wat betekent het dat goedheid en barmhartigheid mij alle dagen van mijn leven zullen volgen?

6. Ja, goedheid en goedertierenheid zullen mij volgen al de dagen van mijn leven. Ik zal in het huis van de HEERE blijven tot in lengte van dagen.

Goedheid en barmhartigheid worden afgebeeld als bedienden in het huishouden van de Heer die David de rest van zijn leven vergezellen. Het woord voor „goedheid” in de oorspronkelijke taal betekent „dat wat aangenaam, waardevol of nuttig is”. De term voor ‘barmhartigheid’ wordt soms vertaald als ‘loyale liefde’, ‘standvastige liefde’ of ‘onfeilbare liefde’. Hetzelfde woord wordt gebruikt voor Gods liefde als het gaat om de trouw van Zijn verbond. Het werkwoord dat hier met “volgen” is vertaald, betekent “vergezellen of meegaan”. Het moet niet worden opgevat als ‘achtervolgen of achtervolgen’.

Toen David zei: “Zeker, goedheid en barmhartigheid zullen mij volgen al de dagen van mijn leven”, gaf hij menselijke eigenschappen aan abstracte zegeningen van de Heer. Een parafrase zou kunnen zijn: “Omdat U, Heer, goed, aangenaam en waardevol bent, en omdat U zo trouw van me houdt, weet ik zeker dat U mijn hele leven bij me zult zijn.”

Als gelovigen kunnen we erop vertrouwen dat de overvloedige zegeningen van de Heer bij ons zullen blijven, ongeacht de omstandigheden waarmee we worden geconfronteerd.

Als we voortdurend in het huis van de Heer wonen, staan we onder Zijn voortdurende bescherming: “Eén ding vraag ik van de Heer, dit alleen zoek ik: dat ik al de dagen van mijn leven in het huis van de Heer mag wonen,

God is de volmaakte Herder en Gastheer. Als onze Herder zorgt de Heer voor persoonlijke zorg, leiding, gezelschap, bescherming en veiligheid. En als onze eeuwige Gastheer verwelkomt God ons om te feesten aan Zijn rijke tafel van overvloedige en overvloedige zegeningen. We zullen voor altijd in Zijn huis verblijven. Zijn aanwezigheid, bescherming en onfeilbare liefde zullen ons tot in alle eeuwigheid omringen. En we kunnen met David zeggen: “Zeker, goedheid en barmhartigheid zullen mij volgen al de dagen van mijn leven!”

8. Hoe weet ik dat ik voor altijd in het huis van de Heer zal wonen? (Lees ook Johannes 10:11; Johannes 3:14-17)

6. Ja, goedheid en goedertierenheid zullen mij volgen al de dagen van mijn leven. Ik zal in het huis van de HEERE blijven tot in lengte van dagen.

Jezus zij over zichzelf in Johannes 10:11 Ik ben de goede Herder; de goede herder geeft zijn leven voor de schapen.

(Johannes 3:1 En er was een mens uit de Farizeeën; zijn naam was Nicodemus, een leider van de Joden)

Jezus zij tegen Nicodemus “de leraar van Israël”

Johannes 3:14 En zoals Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, zo moet de Zoon des mensen verhoogd worden, 15 opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. 16 Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. 17 Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden.

De Goede Herder heeft Zijn leven gegeven voor de schapen. Allen die dat geloven en hun hoop en vertrouwen op Hem stellen, zullen eeuwig leven hebben.

Samenvatting

Psalm 23 is Davids samenvatting van zijn hartewens (als een man naar Gods hart). David was niet volmaakt, maar zijn hart zocht de Heer. We worden Gods schapen genoemd. Wij zijn net als schapen zwak, weerloos, hulpeloos en volkomen afhankelijk van de Goede Herder. Jezus wil ons hoeden en tevreden stellen (vers 1), ons rust geven en ons leiden (vers 2), ons herstellen en heiligen (vers 3). Jezus laat ons niet alleen bij de dood, hij wil ons beschermen en troosten (vers 4). Hij wil onze angsten kalmeren en ons kracht geven (vers 5). Hij zal ons elke dag zegenen en ons naar huis brengen om bij Hem te zijn (vers 6).

Toepassing op uw dagelijks leven

Het overdenken van deze psalm zal je waardering geven voor Gods liefde voor jou en zal je bemoedigen tijdens moeilijke perioden van je leven.

Extra Notities

Vers 4

Psalm 23:4, waar staat: “Ook al ga ik door het dal van de schaduw des doods, ik vrees geen kwaad, want u bent bij mij; uw staf en uw staf, zij troosten mij” (ESV), is een van de meest bekende verzen in de Bijbel. Het wordt vaak gebruikt tijdens begrafenissen of door mensen die de dood naderen. De boodschap van Psalm 23:4 is er een van troost. We hoeven niet bang te zijn. God is bij ons en Zijn aanwezigheid geeft ons kracht en hoop.

Maar “vallei van de schaduw des doods” is misschien niet de meest nauwkeurige vertaling van de oorspronkelijke Hebreeuwse tekst. De NIV, NLT en HCBS vertalen de uitdrukking als “donkerste vallei”, wat resulteert in Psalm 23:4 lezen als: “Ook al loop ik door de donkerste vallei. . . .” Het Hebreeuwse woord voor “schaduw des doods” is sal-ma-wet, wat “duisternis” of “donkere schaduwen” betekent. Het bevat dezelfde wortel als het Hebreeuwse woord voor “dood” (ma-wet), dus het is gemakkelijk in te zien waarom sommige bijbelvertalers de vermelding van de dood in Psalm 23:4 opnemen.

Bovendien past het concept van duisternis veel beter in de context van Psalm 23. Psalm 23, vooral de verzen 1–4, gebruikt de taal van een herder en zijn schapen om onze relatie met God te beschrijven: “De HEER is mijn herder; Ik zal niet willen. Hij laat mij neerliggen in groene weiden. Hij leidt me langs stille wateren. . . . Ook al loop ik door de vallei van de schaduw des doods, ik zal geen kwaad vrezen, want je bent bij mij; uw stok en uw staf, zij troosten mij” (Psalm 23:1–4).

Schapen begrijpen het concept van de dood niet. Ze begrijpen echter wel dat het betreden van een donkere vallei gevaarlijk kan zijn. Het punt van Psalm 23:4 is dat, zelfs als we reden hebben om bang te zijn, we niet bang hoeven te zijn, omdat God met ons is en voor ons zal zorgen. Hij weet, net als een herder, wat Hij doet en heeft het beste met ons voor.

Het lijkt er dus op dat “vallei van de schaduw des doods” niet de meest nauwkeurige vertaling is in Psalm 23:4. Een “donkere vallei” sluit veel beter aan bij schapen die in groene weiden en aan rustige wateren liggen. Het belangrijkste punt van Psalm 23:4 is echter nog steeds zeker van toepassing op de dood. Veel mensen zijn bang voor de dood, en degenen die met de dood worden geconfronteerd, hebben zeker het gevoel dat ze zich in een „donkere vallei” bevinden. Maar zelfs in de dood hoeven we niet bang te zijn, want God is met ons, en Hij zal ons door alles heen beschermen en troosten.